De Koninklijke Vereniging der Meester Schrijnwerkers van Brussel is rechtstreeks erfgenaam van één van de oudste ambachtsorganisaties van meester schrijnwerkers van Europa. Ze werd opgericht te Brussel in 1365.
Niettegenstaande onze ambachtsorganisatie bij de Franse Revolutie onder de wet Le Chapellier diende afgeschaft, bleef ze bij Brusselse koppigheid bestaan, aanvankelijk in de vorm van solidariteit onder ambachtsgenoten, een soort mutualiteit ‘avant la lettre’, later na de Franse Revolutie en vanaf 1815 als feitelijke vereniging.
Er werden gegevens gevonden van het bestaan van de Vereniging in de 19° en 20° eeuw, tot voor het ontstaan van de Vereniging als VZW, onder akte n° 1723 van 29/10/1938.
De doelstelling van de Vereniging door de eeuwen heen, is steeds het promoveren van de hoge kwaliteit van het geleverde werk geweest.
Daarom werden en worden de toelatingsregels tot het ‘Meesterschap’ in het ambacht hoog gesteld en werden er door de organisatie ernstige proeven afgenomen tot het bereiken van het ‘Meesterschap’ en dit reeds lang voor de oprichting van de technische scholen.
Ambachtelijk schrijnwerk was en is nog steeds in zekere zin een kunstambacht. De meester schrijnwerkers moeten zowel de bekwaamheid hebben van het tekenen als het ontwerpen. De eerste architecten van de stad Brussel waren meester schrijnwerkers.
Zo ontwierp de deken der Meester schrijnwerkers, ebbenhoutwerker Anthoen De Pastorana, ‘schrijnwerker aan het hof van Brussel’, de plannen voor de heropbouw, na de beschieting van Brussel door de Franse bevelhebber de Villeroy in augustus 1695, niet alleen van ons ambachtshuis genaamd ‘Den Sack’, maar ook voor de klokkentoren van de zogenaamde Kapellekerk op de Kleine Zavel, het lokaal van de schippers‘De Hoorn’ (zijn meesterwerk), ‘De Vos’ van de kramers of meerslieden, en andere ambachtshuizen aan de Grote Markt in Brussel.....